Repertorium Hulthem

Dits her hectors doot

Hulthem-Nr: 
147  (f. 136ra,3-136va,40)
Afbeelding: 
Foto van f. 136v
Foto van f. 136v
Opschrift: 
Dits her hectors doot ·C·xlvij·
Incipit: 
Pollicetes een coninc vt vercoren Van ouer cassitus was hi gheboren
Explicit: 
Hadde her hector tot nv moghen leuen Troyen ware te winnen bleuen
Afrondingsformule: 
Nota ·C·xx· verse
Weergave inhoud: 
Toen Achilles' zwager Pollicetes door Hector was gedood, zwoer Achilles dodelijke wraak. Hoewel hij in een tweegevecht met Hector zwaar was gewond, gaf zijn verdriet en wraakzucht hem geweldige kracht. In een hernieuwde aanval stak hij Hector een speer in de rug en doodde hem. Hector, bloem van de natie, schoonste en ridderlijkste van allen, u hebt nu het leven verloren. Uw dood zal onheil brengen over de Trojanen. En u, Achilles, hoe wreed hebt u de moedige en sterke Hector in de rug aangevallen. Als u van aangezicht tot aangezicht had gestreden, was Hector de overwinnaar geweest. Stad van Troje, u hebt uw heer verloren. Trojanen vlucht, de bloem van uw rijk is dood en uw stad verloren. Uw verlies blijft ongewroken. Was Hector nog in leven, dan was Troje nog te redden geweest. Publieksaanspreking: vs. 93-94 allen heren vrouwen // Diet horen lesen.
Namen: 
Achilles Hector Pollicetes Trojanen Troje
Auteurs: 
Jacob van Maerlant
Jacob van Maerlant
Ook bekend als: Jacob de coster van merlantJacop van meerlantjacoppe de costere
Datering: 13e eeuw (ca. 1225/1235-1291/ca. 1300)
Auteur van nrs. 90, 91, 146, 147, 175, spreuk 39 van nr. 108 en van spreuk 27 van nr. 148. Tussen 1225-1235 geboren in (de omgeving van) Brugge, 1257-1266 werkzaam als schrijver-koster-onderwijzer te Maerlant (Voorne); 1266-1280 als schepenklerk, waarschijnlijk te Damme. Tussen 1291 en 1300 gestorven en vermoedelijk te Damme begraven.
Secundaire literatuur
A. Berteloot, 'Was Jacob van Maerlant schepenklerk te Damme?' In: Jacob van Maerlant: romantiek en werkelijkheid. Speciaal Maerlant-nummer van het tijdschrift Vlaanderen 42 (1992), p. 241-244.
F. van Oostrom, Aanvaard dit werk. Over Middelnederlandse auteurs en hun publiek. Amsterdam (Prometheus) 1992. Nederlandse literatuur en cultuur in de middeleeuwen 6.: p. 171-233 en 299-309
F. van Oostrom, Maerlants wereld. Amsterdam (Prometheus) 1996.
Tekstsoort: 
Episch fragment (Jongen 1996).
Vorm: 
rijm: aabb
Lengte: 
120 vss.
Aanvullende informatie: 
Initiaal-P 10 regels hoog, lombarden (1 regel hoog) op onregelmatige plaatsen, f. 136rb,13 doorgehaald, marginale paragraaftekens voor f. 136rb,27 en 136rb,33, Nota met horizontale streep gerubriceerd. ─ Lombarden vss. 70, 83, 95, 113 en marginale paragraaftekens vóór vss. 61 en 67: structurering per episode? Onzuiver rijm: Vss. 17/18, 29/30, 69/70 en 79/80.
Petit-Nommer(s): 
421IId; 1422b
Edities: 
Blommaert 1838-1851 , dl. 1 p. 38-39
Blommaert 1838-1851 Ph. Blommaert (ed.), Oudvlaemsche gedichten der XIIe, XIIIe en XIVe eeuwen. Gent (Hebbelynck) 1838-1851. 3 dln.
Brinkman/Schenkel 1999 , band 2 p. 730-733
Brinkman/Schenkel 1999 H. Brinkman & J. Schenkel (ed.), Het handschrift-Van Hulthem. Hs. Brussel, Koninklijke Bibliotheek van België, 15.589-623. Diplomatische editie bezorgd door -. Hilversum (Verloren) 1999. 2 banden. Middeleeuwse Verzamelhandschriften uit de Nederlanden 7/1-2.
Meder 1988 , p. 96-113 (bewerking)
Meder 1988 Th. Meder, Hoofsheid is een ernstig spel. Middeleeuwse hoofse teksten. Amsterdam (Querido) 1988. Griffioenserie.
De Pauw 1889-1892 , dl. 4 p. 206-209
De Pauw 1889-1892 N. de Pauw & E. Gailliard, Dit is die Istory van Troyen van Jacob van Maerlant naar het vijftiendeeuwsche handschrift van Wessel vande Loe. Met al de Middelnederlandsche fragmenten, diplomatisch uitgegeven door ─. Gent (Siffer) 1889-1892. 4 dln.
Van der Valk 1907-1910 , dl. 1 p. 106 (fragment)
Van der Valk 1907-1910 J. van der Valk, Onze letterkunde: overzicht der Nederlandsche letterkunde met bloemlezing. Rotterdam (Bredée) 1907-1910. 3 dln.
Secundaire literatuur: 
Avonds 1989 , p. 123-126
Avonds 1989 P. Avonds & J.D. Janssens, Politiek en literatuur. Brabant en de slag bij Woeringen (1288). Brussel (Centrum Brabantse Geschiedenis) 1989.
Van Elslander 1947 , p. 104
Van Elslander 1947 A. van Elslander, 'De fragmenten van de Istory van Troyen'. In: De gulden passer 25 (1947), p. 102-125.
Gerritsen 1975
Gerritsen 1975 W.P. Gerritsen, 'Pollites, Pirrus en Penthiseleye. Compositietechniek in Maerlants Historie van Troyen'. In: R. Jansen-Sieben, S. de Vriendt, R. Willemyns (red.), Spel van zinnen, album A. van Loey. Bruxelles (Éd. de l'Univ. de Bruxelles) 1975, p. 125-136.
Gerritsen 1993 , p. 164-172
Gerritsen 1993 W.P. Gerritsen & A.G. van Melle (red.), Van Aiol tot de Zwaanridder: personages uit de middeleeuwse verhaalkunst en hun voortleven in literatuur, theater en beeldende kunst. Nijmegen (SUN) 1993.
Hage 1989 , p. 69
Hage 1989 A.L.H. Hage, Sonder favele, sonder lieghen. Onderzoek naar vorm en functie van de Middelnederlandse rijmkroniek als historiografisch genre. Groningen (Wolters Noordhoff/Forsten) 1989. Historische studies 48. Diss. Utrecht.
Janssens 1986
Janssens 1986 J.D. Janssens, 'Segher Diengotgaf of Jacob van Maerlant aan het woord? Blinde motieven bij Segher of structurele verwijzingen van Maerlant?'. In: G. van Eemeren en F. Willaert, 't Ondersoeck leert. Studies over middeleeuwse en 17de-eeuwse literatuur ter nagedachtenis van prof. dr. L. Rens. Leuven etc. (Acco) 1986, p. 43-53.
Jonckbloet 1851-1855 , dl. 2 p. 384-398
Jonckbloet 1851-1855 W.J.A. Jonckbloet, Geschiedenis der Middennederlandsche dichtkunst. Amsterdam (Van Kampen) 1851-1855. 3 dln.
Jonckbloet 1886 , p. 76-77
Jonckbloet 1886 W.J.A. Jonckbloet, Beknopte geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. Uitgeg. door G. Penon. 3e dr. Groningen (Wolters) 1886.
Jonckbloet 1888-1892 , dl. 2 p. 65-82
Jonckbloet 1888-1892 W.J.A. Jonckbloet, Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. 4e dr., herz. en tot den tegenwoordigen tijd bijgewerkt door C. Honigh. Groningen (Wolters) 1888-1892. 6 dln.
Jongen 1988
Jongen 1988 L. Jongen, Van Achilles tellen langhe. Maerlants bewerking van Statius' Achilleis in de Historie van Troyen. Deventer (Sub Rosa) 1988. Deventer studiën 8. Diss. Utrecht.
Jongen 1994A
Jongen 1994A L. Jongen, 'Achilles as anti-hero. A thirteenth-century Middle Dutch view on the fall of Troy'. In: Amsterdamer Beiträge zur älteren Germanistik 40 (1994), p. 111-129.
Jongen 1996
Jongen 1996 L. Jongen, 'Met voorbedachte rade. De Troje-bloemlezing in het handschrift-Van Hulthem'. In: K. Porteman, W. Verbeke, F. Willaert (red.), Tegendraads genot. Opstellen over de kwaliteit van middeleeuwse teksten. Leuven (Peeters) 1996, p. 111-118.
Keesman 1987
Keesman 1987 W. Keesman, 'Troje in de middeleeuwse literatuur. Antiek verleden in dienst van eigen tijd. In: Literatuur 4 (1987), p. 257-265.
Keesman 1991
Keesman 1991 W. Keesman, 'Oorsprongsmythen als zelfuitlegging. Over de achtergrond en betekenis van middeleeuwse verhalen rond Trojaanse stedenstichtingen'. In: H. Pleij e.a., Op belofte van profijt. Stadsliteratuur en burgermoraal in de Nederlandse letterkunde van de Middeleeuwen. Amsterdam (Prometheus) 1991, p. 262-279 en 411-417. Nederlandse literatuur en cultuur in de Middeleeuwen 4.
Lemaire 1987 , p. 293-295
Lemaire 1987 Cl. Lemaire, 'Een kroniek vol quade truffen'. In: E. Cockx-Indestege e.a. (red.), Miscellanea neerlandica. Opstellen voor dr. Jan Deschamps. Leuven (Peeters) 1987. 3 dln., dl. 2, p. 279-295.
Van Mierlo 1928 , p. 78
Van Mierlo 1928 J. van Mierlo, Geschiedenis van de Oud- en Middelnederlandsche letterkunde. Antwerpen etc. (Standaardboekhandel) 1928.
Van Oostrom 1996 , (passim)
Van Oostrom 1996 F. van Oostrom, Maerlants wereld. Amsterdam (Prometheus) 1996.
Pleij 1988 , p. 166-174
Pleij 1988 H. Pleij, De sneeuwpoppen van 1511: Literatuur en stadscultuur tussen Middeleeuwen en moderne tijd. Amsterdam etc. (Meulenhoff) 1988.
Stikvoort B , (scriptie)
Stikvoort B A.W.H. Stikvoort, Dits hoe dat her Hector ute der stat voer, die van Troyen te hulpen en Dits her Hectors doot (een episode uit Jacob van Maerlants' Historie van Troyen) naar het Hulthemse handschrift. (Ongepubl. doctoraalscriptie, te raadplegen bij de vakgroep Nederlands R.U. Leiden, GA 922).
Verdam 1873 , p. 5-20, 196 n. 2
Verdam 1873 J. Verdam, Episodes uit Maerlant's Historie van Troyen. Naar het te Wissen gevonden hs. bew. en uitg. door ─. Groningen (Wolters) 1873. Bibliotheek van Middelnederlandsche letterkunde 10-12.
Te Winkel 1922-1927 , dl. 1 p. 203-207
Te Winkel 1922-1927 J. te Winkel, De ontwikkelingsgang der Nederlandsche letterkunde. 2e dr. Haarlem (Bohn) 1922-1927. 7 dln. [Ongew. herdr. Utrecht etc., 1973].
Parallellen en varianten: 
Vss. 1-120  Brussel, Koninklijke Bibliotheek van België, IV 927  [1450 - 1500] , f. ? (Historie van Troyen vss. 19415-19534)
Brussel, Koninklijke Bibliotheek van België, IV 927
(olim Schloss Wissen)
Post quem: 1450
Ante quem: 1500
Datering: ca. 1470 (BNM: ca. 1470-1480)
Deschamps 1972 , p. 36-39 (8b)
Deschamps 1972 J. Deschamps, Middelnederlandse handschriften uit Europese en Amerikaanse bibliotheken. Catalogus [van de] tentoonstelling ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van de Koninklijke Zuidnederlandse Maatschappij voor taal- en letterkunde en geschiedenis [in de] Koninklijke Bibliotheek Albert I [te] Brussel, 24 okt.-24 dec. 1970. 2e herz. dr. Leiden (Brill) 1972.
Van Elslander 1985 , p. 413-420
Van Elslander 1985 A. van Elslander & J. Deschamps, 'De handschriften van de Historie van Troyen van Jacob van Maerlant'. In: H. Rijckeboer, J. Taeldeman, V.F. Vanacker (red.), Hulde-album prof. dr. Marcel Hoebeke. Gent (Seminarie voor Ned. Taalkunde en Vl. Dialectologie R.U.G.) 1985, p. 413-425.
Kienhorst 1988 , p. 196-197
Kienhorst 1988 H. Kienhorst, De handschriften van de Middelnederlandse ridderepiek: een codicologische beschrijving. Deventer (Sub Rosa) 1988. 2 dln. Deventer studien 9.
Overeenkomst met Hulthem-nr(s): 108,  spr. 39 143,  144,  145,  146,  147
Zie: 
Van Elslander 1985
Van Elslander 1985 A. van Elslander & J. Deschamps, 'De handschriften van de Historie van Troyen van Jacob van Maerlant'. In: H. Rijckeboer, J. Taeldeman, V.F. Vanacker (red.), Hulde-album prof. dr. Marcel Hoebeke. Gent (Seminarie voor Ned. Taalkunde en Vl. Dialectologie R.U.G.) 1985, p. 413-425.
Janssens 1987
Janssens 1987 J.D. Janssens, 'De handschriftelijke overlevering van de Trojeroman van Segher Diengotgaf'. In: E. Cockx-Indestege e.a. (red.), Miscellanea neerlandica. Opstellen voor dr. Jan Deschamps. Leuven (Peeters) 1987. 3 dln., dl. 2, p. 153-161.
Jongen 1988 , appendix 1
Jongen 1988 L. Jongen, Van Achilles tellen langhe. Maerlants bewerking van Statius' Achilleis in de Historie van Troyen. Deventer (Sub Rosa) 1988. Deventer studiën 8. Diss. Utrecht.
Kienhorst 1988 , p. 194-197
Kienhorst 1988 H. Kienhorst, De handschriften van de Middelnederlandse ridderepiek: een codicologische beschrijving. Deventer (Sub Rosa) 1988. 2 dln. Deventer studien 9.