Repertorium Hulthem

Vanden eenhoren een edel poent

Hulthem-Nr: 
135  (f. 115rb,21-115vb,23)
Opschrift: 
Vanden eenhoren een edel poent ·Cxxxv·
Incipit: 
IC hebbe ghelesen hier te voren Hoe dat een eenhoren
Explicit: 
Varen moeten in dat suete hemelrike Dit es die bede van lodewike
Afrondingsformule: 
Amen ·lxxxiiij· verse
Weergave inhoud: 
Het volgende verhaal heb ik eens gelezen. Een man werd door een eenhoorn opgejaagd. Hij sprong uit wanhoop in een diepe afgrond, maar bleef daarbij aan de takken van een daarin groeiend boompje hangen. Onder zich zag hij een slangenkuil en twee knagende dieren die de wortels van zijn boompje ondermijnden. Hij ontdekte honing in het boompje en deed zich eraan te goed, terwijl hij het gevaar en de eenhoorn vergat. De eenhoorn is de duivel die de mens in de put van de hel jaagt. Het boompje is het aardse leven dat eindigt zodra de dieren, de dag en de nacht, de wortels helemaal hebben doorgeknaagd. De honing betekent het aardse genot, waardoor men het duivelse gevaar vergeet. Hoed u voor deze eenhoorn, want dit leven is eindig. Moge God ons de eenhoorn en de honing, waar ik in dit gedicht van sprak, laten ontwijken. Opdat wij in gezelschap van Sente Michiele het hemelrijk mogen binnengaan. Dat is de bede van Lodewike.
Namen: 
Lodewike Michaël (St.)
Auteurs: 
Lodewike
Lodewike
Ook bekend als: Lodewijk van Velthem?Lodewike Van Vaelbeke?Lodewike Colpaert?
Datering: 13e eeuw
Auteur van nr. 135. Indien Lodewike van Vaelbeke: wellicht woonachtig of werkzaam te Brussel. Zie ook Colpaert en Lodewijk van Velthem.
Secundaire literatuur
W. van Eeghem, Brusselse dichters. Brussel (Simon Stevin) 1958-1963. 5 dln.: dl. 1 p. 45-46
W. van Eeghem, Brusselse dichters. Brussel (Simon Stevin) 1958-1963. 5 dln.: dl. 3 p. 119-120
J. van Mierlo, Geschiedenis van de Oud- en Middelnederlandsche letterkunde. Antwerpen etc. (Standaardboekhandel) 1928.: p. 203
J.F. Willems, 'Berichten wegens oude Nederduitsche dichters'. In: Belgisch museum 1 (1837), p. 326-380.: p. 357-358
Tekstsoort: 
Poent (levensles) volgens opschrift; religieuze sproke (Hogenelst 1997), catechetische en allegorische tekst.
Vorm: 
rijm: aabb
Lengte: 
84 vss.
Aanvullende informatie: 
Initiaal-I 2 regels hoog, lombarden (1 regel hoog) op onregelmatige plaatsen. ─ Auteur maakt zich bekend in vs. 84, zie ook Maerlants Spiegel historiael II, 7 kap. 9 vss. 4-50. ─ Lombarden vss. 26, 38, 49, 68 en 76: structurering per episode? Onzuiver rijm: vss. 23/24 en 55/56.
Petit-Nommer(s): 
607
Edities: 
Beuken 1936 , p. 204-205
Beuken 1936 W.H. Beuken, Dichters der Middeleeuwen. Bilthoven (De Gemeenschap) 1936.
Brinkman/Schenkel 1999 , band 2 p. 635-638
Brinkman/Schenkel 1999 H. Brinkman & J. Schenkel (ed.), Het handschrift-Van Hulthem. Hs. Brussel, Koninklijke Bibliotheek van België, 15.589-623. Diplomatische editie bezorgd door -. Hilversum (Verloren) 1999. 2 banden. Middeleeuwse Verzamelhandschriften uit de Nederlanden 7/1-2.
Negen teksten 1980 , p. 47-55
Negen teksten 1980 Negen teksten uit het handschrift-Van Hulthem. Eindverslagen van het werkcollege Middelnederlandse letterkunde voor tweedejaarsstudenten. Utrecht 1980 [Interne publ. De Vooys].
Serrure 1855 , p. 314-316
Serrure 1855 C.P. Serrure (ed.), 'Kleine gedichten uit de dertiende en veertiende eeuwen'. In: Vaderlandsch museum 1 (1855), p. 41-99 en 296-401.
Secundaire literatuur: 
Alberdingk Thijm 1850-1852 , dl. 1 p. 102-104
Alberdingk Thijm 1850-1852 J.A. Alberdingk Thijm (ed.), Gedichten uit de verschillende tijdperken der Noord- en Zuid-Nederlandsche literatuur. Amsterdam (Van Langenhuysen) 1850-1852. 2 dln.
Van Anrooij 1991 , p. 192
Van Anrooij 1991 W. van Anrooij & A.M.J. van Buuren, ''sLevens felheid in één band: het handschrift-Van Hulthem'. In: H. Pleij e.a., Op belofte van profijt. Stadsliteratuur en burgermoraal in de Nederlandse letterkunde van de Middeleeuwen. Amsterdam (Prometheus) 1991, p. 184-199 en 385-391. Nederlandse literatuur en cultuur in de Middeleeuwen 4.
Braunholtz 1884 , p. 72-78
Braunholtz 1884 E.G.W. Braunholtz, Die erste nichtchristliche Parabel des Barlaam und Josaphat; ihre Herkunft und Verbreitung. Halle (Niemeyer) 1884.
Buddingh 1845 , p. 66
Buddingh 1845 D. Buddingh, Mirakelgeloof en mirakelen in de Nederlanden. 's-Gravenhage (Susan) 1845.
Couvreur 1948 , p. 329-330
Couvreur 1948 W. Couvreur, 'Het eenhoornmotief in de Tochaarse B-literatuur'. In: Miscellanea J. Gessler. 's-Gravenhage (Nijhoff) 1948. 2 dln. Dl. 1, p. 325-330.
Van Eeghem 1958-1963 , dl. 1 p. 45-46
Van Eeghem 1958-1963 W. van Eeghem, Brusselse dichters. Brussel (Simon Stevin) 1958-1963. 5 dln.
Van Eeghem 1958-1963 , dl. 3 p. 113-121
Van Eeghem 1958-1963 W. van Eeghem, Brusselse dichters. Brussel (Simon Stevin) 1958-1963. 5 dln.
Einhorn 1972 , p. 404
Einhorn 1972 J.W. Einhorn, 'Das Einhorn als Sinnzeichen des Todes: die Parabel vom Mann im Abgrund'. In: Frühmitteralterliche Studien 6 (1972), p. 381-417.
Einhorn 1976 , p. 167-173
Einhorn 1976 J.W. Einhorn, Spiritualis unicornis. Das Einhorn als Bedeutungsträger in Literatur und Kunst des Mittelalters. Münstersche Mittelalterschriften 13. München (Fink) 1976.
Gerritsen 1993 , p. 57
Gerritsen 1993 W.P. Gerritsen & A.G. van Melle (red.), Van Aiol tot de Zwaanridder: personages uit de middeleeuwse verhaalkunst en hun voortleven in literatuur, theater en beeldende kunst. Nijmegen (SUN) 1993.
Hogenelst 1997 , dl. 2 p. 82-83 (104)
Hogenelst 1997 D. Hogenelst, Sprekers en sproken. Inleiding op en repertorium van de Middelnederlandse sproke. Amsterdam (Prometheus) 1997. 2 dln. Nederlandse literatuur en cultuur in de Middeleeuwen 15. Diss. Leiden.
Van Mierlo 1928 , p. 185
Van Mierlo 1928 J. van Mierlo, Geschiedenis van de Oud- en Middelnederlandsche letterkunde. Antwerpen etc. (Standaardboekhandel) 1928.
Van Mierlo 1949 , dl. 1 p. 362
Van Mierlo 1949 J. van Mierlo, De letterkunde van de Middeleeuwen. 2e, herz. en verm. dr. 's-Hertogenbosch etc. (Malmberg etc.) 1949. Geschiedenis van de letterkunde der Nederlanden. Onder redactie van F. Baur, W.J.M.A. Asselbergs, J. van Mierlo e.a. Dl. 1 en 2.
Ramondt 1946 , p. 82
Ramondt 1946 M. Ramondt, 'De eenhoornsagen'. In: Volkskunde 47 (1946), p. 81-85.
Serrure 1855 , p. 298-302
Serrure 1855 C.P. Serrure (ed.), 'Kleine gedichten uit de dertiende en veertiende eeuwen'. In: Vaderlandsch museum 1 (1855), p. 41-99 en 296-401.
Serrure 1858B
Serrure 1858B C.P. Serrure, 'Over het gedicht Vanden Eenhoren'. In: Vaderlandsch museum 2 (1858), p. 463-467.
Willems 1837B , p. 357-358
Willems 1837B J.F. Willems, 'Berichten wegens oude Nederduitsche dichters'. In: Belgisch museum 1 (1837), p. 326-380.
Te Winkel 1887 , p. 470
Te Winkel 1887 J. te Winkel, Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. Haarlem (Bohn) 1887.
Te Winkel 1922-1927 , dl. 2 p. 93-94
Te Winkel 1922-1927 J. te Winkel, De ontwikkelingsgang der Nederlandsche letterkunde. 2e dr. Haarlem (Bohn) 1922-1927. 7 dln. [Ongew. herdr. Utrecht etc., 1973].
Parallellen en varianten: 
(a) vss. 1-84  Wenen, Österreichische Nationalbibliothek, 13708  [1375 - 1425] , f. 184rb-184va (kortere variant)
Wenen, Österreichische Nationalbibliothek, 13708
(olim Suppl. 2644)
Post quem: 1375
Ante quem: 1425
Datering: ca. 1392 (BNM: 1392, 1394, 1402)
Biemans 1997 , p. 116-123, 450-452 (64)
Biemans 1997 J.A.A.M. Biemans, Onsen Speghele Ystoriale in Vlaemsche. Codicologisch onderzoek naar de overlevering van de Spieghel historiael van Jacob van Maerlant, Philip Utenbroeke en Lodewijk van Velthem met een beschrijving van de handschriften en fragmenten. 2 dln. Leuven (Peeters) 1997. Schrift en schriftdragers in de Nederlanden in de Middeleeuwen II. Diss. Utrecht 1995.
Deschamps 1971 , p. 30-33
Deschamps 1971 J. Deschamps, Het Weense handschrift van de Tweede partie van de Spiegel historiael/The Vienna manuscript of the Second part of the Spiegel historiael. Hs. Wenen, Österreichische Nationalbibliothek, 13.708. Copenhagen (Rosenkilde & Bagger) 1971. Medieval manuscripts from the Low Countries in Facsimile 1.
Deschamps 1972 , p. 95-98 (28)
Deschamps 1972 J. Deschamps, Middelnederlandse handschriften uit Europese en Amerikaanse bibliotheken. Catalogus [van de] tentoonstelling ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van de Koninklijke Zuidnederlandse Maatschappij voor taal- en letterkunde en geschiedenis [in de] Koninklijke Bibliotheek Albert I [te] Brussel, 24 okt.-24 dec. 1970. 2e herz. dr. Leiden (Brill) 1972.
Overeenkomst met Hulthem-nr(s): 62,  135,  183
(b) vss. 1-84  Leiden, Universiteitsbibliotheek, LTK 1198  [1350 - 1400] , f. 4ra (kortere variant)
Leiden, Universiteitsbibliotheek, LTK 1198
(olim LTK 1203)
Post quem: 1350
Ante quem: 1400
Datering: 2e helft 14e eeuw (BNM: ongedateerd)
Biemans 1997 , p. 442-443 (59-2)
Biemans 1997 J.A.A.M. Biemans, Onsen Speghele Ystoriale in Vlaemsche. Codicologisch onderzoek naar de overlevering van de Spieghel historiael van Jacob van Maerlant, Philip Utenbroeke en Lodewijk van Velthem met een beschrijving van de handschriften en fragmenten. 2 dln. Leuven (Peeters) 1997. Schrift en schriftdragers in de Nederlanden in de Middeleeuwen II. Diss. Utrecht 1995.
Overeenkomst met Hulthem-nr(s): 135
Zie: 
Biemans 1997 , p. 443 (b)
Biemans 1997 J.A.A.M. Biemans, Onsen Speghele Ystoriale in Vlaemsche. Codicologisch onderzoek naar de overlevering van de Spieghel historiael van Jacob van Maerlant, Philip Utenbroeke en Lodewijk van Velthem met een beschrijving van de handschriften en fragmenten. 2 dln. Leuven (Peeters) 1997. Schrift en schriftdragers in de Nederlanden in de Middeleeuwen II. Diss. Utrecht 1995.
Von Hellwald 1879 , p. 445-446 (a)
Von Hellwald 1879 F. von Hellwald, M. de Vries & E. Verwijs, Jacob van Maerlant's Spiegel historiael. Tweede partie, bewerkt door Philip Utenbroeke. Vanwege de Mij. der Ned. letterkunde te Leiden uitgegeven door ─. Leiden (Van Doesburgh) 1879. [Ongew. herdruk Utrecht (HES) 1982].
De Vries 1842 , p. 20-22, 50-53 (b)
De Vries 1842 M. de Vries, 'Fragmenten eener Nederduitsche vertaling van den Roman van Barlaam en Josaphat'. In: Taalkundig magazijn 4 (1842), p. 3-94.
De Vries 1863 , dl. 2 p. 21-22 (b)
De Vries 1863 M. de Vries en E. Verwijs (ed.), Jacob van Maerlant's Spiegel historiael: met de fragmenten der later toegevoegde gedeelten, bewerkt door Philip Utenbroeke en Lodewijc van Velthem. Van wege de Mij. der Ned. letterkunde te Leiden. Leiden (Brill, etc.) 1863. 3 dln. [Ongew. herdruk Utrecht (HES) 1982]. [Deel 4 zie Von Hellwald 1879].