Repertorium Hulthem

Hoe hi te gode weder keerde ·xcj·

Hulthem-Nr: 
91  (f. 75vb,4-76ra,29)
Opschrift: 
Hoe hi te gode weder keerde ·xcj·
Incipit: 
Dit bispel dat hier volghet an Plach te rekenne een man
Explicit: 
Du heefts seghe op ons ghevochten Doen vloeden si al dat si mochten
Afrondingsformule: 
Item ·lxviij· verse
Weergave inhoud: 
Het volgende bispel gaat over een man die een zondig leven leidde. Toen God hem tot erkenning van zijn zonden bracht, sloot hij zich in een graf op om met zijn tranen zijn jeugdzonden uit te wissen. Hij durfde zijn ogen niet hemelwaarts te richten, noch Gods naam te noemen, uit vrees voor Gods vonnis. 's Nachts probeerden de duivels hem over te halen met deze boetedoening op te houden en samen met hen van het toch al korte leven te genieten. De zondaar zweeg echter, bleef standvastig en liet de duivels maar praten. Daarop gaven die hem drie nachten achter elkaar zoveel slaag, dat hij dacht eraan te zullen sterven. Maar hij bleef in het graf. Toen de duivels inzagen, dat hij ze door zijn standvastigheid had verslagen, sloegen ze zo snel als ze konden op de vlucht.
Namen: 
Christen Kerstijn (Christen)
Auteurs: 
Jacob van Maerlant
Jacob van Maerlant
Ook bekend als: Jacob de coster van merlantJacop van meerlantjacoppe de costere
Datering: 13e eeuw (ca. 1225/1235-1291/ca. 1300)
Auteur van nrs. 90, 91, 146, 147, 175, spreuk 39 van nr. 108 en van spreuk 27 van nr. 148. Tussen 1225-1235 geboren in (de omgeving van) Brugge, 1257-1266 werkzaam als schrijver-koster-onderwijzer te Maerlant (Voorne); 1266-1280 als schepenklerk, waarschijnlijk te Damme. Tussen 1291 en 1300 gestorven en vermoedelijk te Damme begraven.
Secundaire literatuur
A. Berteloot, 'Was Jacob van Maerlant schepenklerk te Damme?' In: Jacob van Maerlant: romantiek en werkelijkheid. Speciaal Maerlant-nummer van het tijdschrift Vlaanderen 42 (1992), p. 241-244.
F. van Oostrom, Aanvaard dit werk. Over Middelnederlandse auteurs en hun publiek. Amsterdam (Prometheus) 1992. Nederlandse literatuur en cultuur in de middeleeuwen 6.: p. 171-233 en 299-309
F. van Oostrom, Maerlants wereld. Amsterdam (Prometheus) 1996.
Tekstsoort: 
Bispel (volgens vs. 1); religieuze sproke (Hogenelst 1997), legende.
Vorm: 
rijm: aabb
Lengte: 
68 vss.
Aanvullende informatie: 
Initiaal-D 2 regels hoog, lombarden (1 regel hoog) op onregelmatige plaatsen. ─ Fragment uit Spiegel historiael (III, 2 Kap. 26). ─ Lombarden vss. 43 en 65.
Petit-Nommer(s): 
Edities: 
Brinkman/Schenkel 1999 , band 1 p. 445-447
Brinkman/Schenkel 1999 H. Brinkman & J. Schenkel (ed.), Het handschrift-Van Hulthem. Hs. Brussel, Koninklijke Bibliotheek van België, 15.589-623. Diplomatische editie bezorgd door -. Hilversum (Verloren) 1999. 2 banden. Middeleeuwse Verzamelhandschriften uit de Nederlanden 7/1-2.
De Vries 1863 , dl. 2 p. 117-118 (paralleltekst + tekstvarianten in hs.-Van Hulthem)
De Vries 1863 M. de Vries en E. Verwijs (ed.), Jacob van Maerlant's Spiegel historiael: met de fragmenten der later toegevoegde gedeelten, bewerkt door Philip Utenbroeke en Lodewijc van Velthem. Van wege de Mij. der Ned. letterkunde te Leiden. Leiden (Brill, etc.) 1863. 3 dln. [Ongew. herdruk Utrecht (HES) 1982]. [Deel 4 zie Von Hellwald 1879].
Secundaire literatuur: 
Hogenelst 1997 , dl. 2 p. 63-64 (74)
Hogenelst 1997 D. Hogenelst, Sprekers en sproken. Inleiding op en repertorium van de Middelnederlandse sproke. Amsterdam (Prometheus) 1997. 2 dln. Nederlandse literatuur en cultuur in de Middeleeuwen 15. Diss. Leiden.
Richard 1973 , (licentiaatsverhandeling)
Richard 1973 D. Richard, Typering van de duivel in enkele Middelnederlandse werken. Licentiaatsverhandeling Leuven 1973.
Parallellen en varianten: 
Vss. 1-68  's-Gravenhage, Koninklijke Bibliotheek, KNAW XX  [1325 - 1375] , f. 110e-f
's-Gravenhage, Koninklijke Bibliotheek, KNAW XX
Post quem: 1325
Ante quem: 1375
Datering: ca. 1350 (BNM; ca. 1320-1330)
Biemans 1997 , p. 332-341 (1)
Biemans 1997 J.A.A.M. Biemans, Onsen Speghele Ystoriale in Vlaemsche. Codicologisch onderzoek naar de overlevering van de Spieghel historiael van Jacob van Maerlant, Philip Utenbroeke en Lodewijk van Velthem met een beschrijving van de handschriften en fragmenten. 2 dln. Leuven (Peeters) 1997. Schrift en schriftdragers in de Nederlanden in de Middeleeuwen II. Diss. Utrecht 1995.
Deschamps 1972 , p. 93-95 (27)
Deschamps 1972 J. Deschamps, Middelnederlandse handschriften uit Europese en Amerikaanse bibliotheken. Catalogus [van de] tentoonstelling ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van de Koninklijke Zuidnederlandse Maatschappij voor taal- en letterkunde en geschiedenis [in de] Koninklijke Bibliotheek Albert I [te] Brussel, 24 okt.-24 dec. 1970. 2e herz. dr. Leiden (Brill) 1972.
Overeenkomst met Hulthem-nr(s): 90,  91,  148,  spr. 27 175,  201,  202
Zie: 
De Vries 1863 , dl. 2 p. 116-118
De Vries 1863 M. de Vries en E. Verwijs (ed.), Jacob van Maerlant's Spiegel historiael: met de fragmenten der later toegevoegde gedeelten, bewerkt door Philip Utenbroeke en Lodewijc van Velthem. Van wege de Mij. der Ned. letterkunde te Leiden. Leiden (Brill, etc.) 1863. 3 dln. [Ongew. herdruk Utrecht (HES) 1982]. [Deel 4 zie Von Hellwald 1879].
Biemans 1997 , p. 309, 448
Biemans 1997 J.A.A.M. Biemans, Onsen Speghele Ystoriale in Vlaemsche. Codicologisch onderzoek naar de overlevering van de Spieghel historiael van Jacob van Maerlant, Philip Utenbroeke en Lodewijk van Velthem met een beschrijving van de handschriften en fragmenten. 2 dln. Leuven (Peeters) 1997. Schrift en schriftdragers in de Nederlanden in de Middeleeuwen II. Diss. Utrecht 1995.